Relieken. De middeleeuwers waren er gek op. Robrecht van Jeruzalem, Bevrijder van het Heilig Graf, keerde terug naar zijn graafschap Vlaanderen met een splinter van het Ware Kruis die hij aan Sint Walburga van Veurne schonk. ‘Laat ieder jaar weer een Boeteprocessie door de straten van Veurne trekken,’ beval hij, ‘waarin het leven en het lijden van Christus worden uitgebeeld in een mysteriespel. En laat de splinter van het Ware Kruis het middelpunt zijn van het gebeuren.’

Onwillekeurig moest ik glimlachen toen ik die passage las. Want ik herinnerde mij de woorden van Johannes Calvijn, dat er tegen het eind van de middeleeuwen zoveel kerken beweerden een splinter van het Ware Kruis te bezitten dat ze voldoende hout moesten opleveren om een heel schip te bouwen. Maar goed… Het is natuurlijk het geloof van de mensen dat een stukje hout verandert in een kostbare reliek met bovennatuurlijke krachten. En wie durfde te zeggen dat zich onder de vele valse stukken niet het ene ware verborg? 





Er bevindt zich trouwens ook een splinter van het Ware Kruis in de Kerk van het Heilig Graf in Brugge, ook bekend als de Jeruzalem Kerk, die eveneens uitgebreid aan bod komt in De Paus van Satan. Het  is een vreemd gebouw, nog steeds eigendom van de Adornes familie, de kooplui die in de vijftiende eeuw van Genua naar Brugge kwamen om een kapel te bouwen die een exacte kopie moest zijn van de Heilig Grafkerk van Jeruzalem. De kapel was klaar in 1470, op een moment dat de Italiaanse Renaissance, met Florentijnse bankiers en vertegenwoordigers van de machtige Medici’s, een frisse wind door Brugge liet waaien. In het kader van de stadswandeling Met de Paus van Satan door Bruges-la-Morte (volg de link naar het gratis ebook-scenario) of het stadsspel De Geheimen van Brugge kunnen we die kerk uiteraard ook niet links laten liggen: