13.6.25

Over het Lam Gods, de Vlaamse Tempeliers en de Graal van Brugge...

 


Gisteren was ik in Gent om een reeks lezingen te bespreken rond Een magisch-realist in Mysterieus België, het Boek der Synchroniciteiten. Ook interesse in een lezing met korting van Auteurslezingen.be? Geef me een seintje!

In de rand daarvan had ik een meeting met dr Sebastian Heine uit Bonn. Vandaag stuurde hij me deze foto, genomen op het Sint-Baafsplein. 'Het was een groot genoegen om je vandaag te ontmoeten, een man die een inspiratie voor me was als jongen.' Daarmee doelt Sebastian op een tv-documentaire die Roel Oostra  in de vroege jaren 1990 maakte, en waarin mijn boek Mysteries van het Lam Gods destijds een centraal stond. 'Ik zal je boeken lezen en vragen stellen,' voegde Sebastian er nog aan toe. 'Wees gewaarschuwd!'

Ik had hem dan ook een dik pakket bezorgd waarin de thema's een rol spelen die ons allebei in hoge mate passioneren: de mysteries van het Lam Gods, de Graal (voor mij: die van Brugge) en de Tempeliers (voor mij: de Vlaamse). Het bloed van het lam, De paus van Satan, uiteraard ook een proefexemplaar van mijn nieuwe boek Een magisch-realist in Mysterieus België en zo nog een en ander.



Wil je er bij zijn op één van de boekvoorstellingen? 

Stilaan raken ze volzet... Snel reserveren is dus de boodschap! 

Volg de link voor alle info & reservaties.

10.6.25

Rusten de Rechters in een praalgraf op de Westerbegraafplaats?

 


Sinds ik Mysteries van het Lam Gods publiceerde - in 1991 al - heb ik vele tientallen brieven en mails gekregen van lezers die mijn mening willen horen over een bepaalde piste die zij hebben onderzocht, of die zelfs samen met mij op onderzoek willen trekken. Eigenlijk ben ik al bijna een kwarteeuw niet meer actief bezig met onderzoek naar het verdwenen paneel van de Rechtvaardige Rechters - er zijn immers nog tal van andere spannende onderwerpen om over te schrijven, zoals mag blijken uit mijn nieuwe boek Een magisch-realist in Mysterieus België. Meestal vind ik de hypothesen ook iets te ver gezocht om geloofwaardig te zijn. En nog: 'Waarom zou je als dief bezig zijn met uiterst ingewikkelde codes om de bergplaats van een schilderij aan te duiden?' 

Maar soms is er een piste bij die wel degelijk mijn aandacht trekt, zoals deze, van Wim Menheer, een collega trouwens. Ik deel ze hier dan ook graag met met jullie.



Na de vele vergeefse pogingen van vele speurders om het paneel van de Rechtvaardige Rechters op te sporen, wil ook ik mijn duit in het 'rechtvaardig' zakje doen. Mijn aandacht gaat volledig naar Arsène Goedertier. Op zijn doodsbed zei hij dat alleen hij wist waar het paneel lag. Waarom zou hij op zulk moment liegen? Hij was een fantast, hield van raadsels en spelletjes, dweepte met Arsène Lupin, de meester-oplichter die rijkdommen stal, ze opborg in geheime plaatsen en later verkocht om de opbrengst te verdelen onder de armen. Goedertier omkleedde de diefstal met raadselachtige brieven, tekens, schetsen en  geheime spelletjes. Zou hij de gemeenschap hebben willen uitdagen met zijn raadsels om zo de speurtocht een 'Arsène-Lupintintje' te geven, een uitnodiging aan het publiek om de Rechters op te sporen? 

Ziehier mijn stelling. De stelling van Arsène?

Op het paneel zien we de Rechters, verzameld op paarden. Achter hen een weg die naar een hoger gelegen burcht/kasteel leidt. Waar gaan zij naartoe? Naar het gerechtshof natuurlijk, naar hun meester. In Gent zou dat naar het oude gerechtshof zijn, naar de toenmalige stafhouder, Hyppolyte Metdepenningen. De man heeft een standbeeld voor het gebouw. Heeft Goedertier zich hierdoor laten inspireren? Tot daar het gissen. Maar wat heb ik verder ontdekt? 

Het standbeeld werd in 1997 gerestaureerd. Daar moet dus niet gezocht worden. Maar na wat googlen zag ik de foto van het graf van Metdepenningen, gelegen op de Westerbegraafplaats. Een praalgraf. Er is een sokkel met een beeldhouwwerk van een muze die smekend opwaarts kijkt, naar de sarcofaag, het graf, erboven. Maar ik ontdekte meer. Onvoorstelbaar zelfs.

Op de sokkel staat de naam van Metdepenningen. En boven de G van de naam, verticaal in de sokkel gegrift, staan 3 letters: (D)U A. De D is niet duidelijk zichtbaar op de foto maar de U en de A wel. Dat zou ter plaatse nader moeten bekeken worden.  DUA was de schuilnaam waarmee Goedertier zijn brieven ondertekende. Het blijft een raadsel wat het betekende. Verwees hij hier naar een 'dua' (tweemaal A van Arsène), of naar een smeekbede (DUA = Arabisch voor smeekbede)? Maar er is meer. Op zijn laatste brief stond bovenaan in het midden de hoofdletters G. Deze zelfde letter op de sokkel, waarboven DUA staat, was een symbool bij de Vrijmetselaarsgemeenschap: Grote Geometer. En Metdepenningen was destijds een vrijmetselaar. De Muze wijst bovendien met een tuil puntige palmen naar die G.

Ik keek ook naar de schetsen van Goedertier, die werden gevonden na zijn dood. Een van de schetsen heeft de duidelijke vorm van een praalgraf.

Tot daar mijn opsporing. Bracht Goedertier de Rechters naar hun meester, naar hun baas, de stafhouder? Het zou zeker de moeite lonen om deze piste toch nader te onderzoeken en eens te gaan kijken naar het praalgraf op de Westerbegraafplaats. Vergeten we ook niet dat Goedertier in een van zijn brieven schreef dat 'de Rechters zich bevinden op de plaats waar ze in feite thuishoren. En het is een plaats waar iedereen langs komt en waar de Rechters niet ongezien kunnen verwijderd worden.' Klopt allemaal.

Met dank voor de aandacht en… succes !

Wim Menheer


6.6.25

Welterusten, mijnheer de president

 

Stiftgedicht Patrick Bernauw


Je publiceert een gedicht over de schande van Gaza, Er zit een jongetje vast in mijn hoofd in Gaza en meteen is daar de reactie: 'Jammer dat het ook niet over Israël gaat.' Via het meisje in het rode jasje uit Spielbergs Schindler's List heb je wel degelijk een verwijzing gegeven naar de schande van de Holocaust, zoals het jongetje van - misschien elf - ook uitdrukkelijk voor alle onschuldige slachtoffers komt te staan, waar of wanneer dan ook. Uiteraard verdient ieder slachtoffer gemaakt door Hamas even goed een gedicht, alleen is het momenteel niet Israël dat dag en nacht gebombardeerd en nu ook uitgehongerd wordt.

Selectieve medemenselijkheid bestaat niet. Selectieve menselijkheid is gewoon selectieve blindheid. 

Kwaad bloed, schaam u!

Nooit was een protestlied van net geen halve eeuw oud actueler dan Welterusten, mijnheer de president van Boudewijn De Groot en Lennaert Nijgh. Vervang Vietnam door Oekraïne of Gaza, of door vergeten oorlogen als die in Oost-Congo en Soedan... en ziedaar. 

Vervang mijnheer de president desgewenst door mijnheer de premier, mijnheer de minister of - het hoeven niet altijd mijnheren te zijn - een sociale media mevrouw die je verwijt niet stil te blijven staan bij het leed in Israël. 

Slaap zacht, mijnheer de president...
Slaap zacht, mijnheer de premier...
Slaap zacht, mijnheer de minister...
En u daar ook, mevrouw... Slaap zacht.





Het aller-aller-allerminste dat we kunnen doen - omdat onze premiers en ministers rechtstreeks betrokkenen zijn - is de dames en heren met de macht om iéts te doen onverdroten op te roepen dat ook daadwerkelijk te doen: 


En ze tot ze het doen, iedere avond bij het slapen gaan, snerend goedenacht te blijven wensen, zoals Boudewijn De Groot ons dat heeft voorgedaan... 

Ik meen het echt, hé. Stuur ze een mailtje. Iedere avond weer. Kleine moeite. 

Kwaad bloed, schaam u!
En u daar, mijnheer de al dan niet eerste minister... Slaap zacht!


5.6.25

Er zit een jongetje vast in mijn hoofd in Gaza


 

 

Er zit een jongetje vast

in mijn hoofd

in Gaza, een meisje

had ook gekund of

haar papa, een dode

moeder van negen 

dode kinderen, één 

of twee of tien 

van de meer dan

vijftigduizend doden

in Gaza, maar

het is dit jongetje

dat vast kwam te zitten

in mijn hoofd.

 

Hij draagt een rode T-shirt

zoals het meisje met het rode jasje

in Schindler’s List 

en hij kijkt mij door de camera

in de ogen met zijn ogen

vol tranen, wringend

met zijn handen:

‘Kom terug, mama,

kom terug.’

 

En ik krijg hem niet meer uit mijn hoofd,

dit ene jongetje dat vast zit 

in mijn hoofd, in Gaza

en dat ook een meisje had kunnen zijn

of een opeens kinderloze papa en

omdat ik meer dan vijftigduizend dode Palestijnen

elke avond weer op altijd weer dezelfde

andere televisiebeelden niet kan vatten 

in mijn hoofd, zit dit ene jongetje 

daar vast, in Gaza.

 

En ook omdat elders miljoenen sterven

met de groeten van een miljardair

of twee, en omdat het een jongetje is

van elf, in mijn hoofd, in Gaza,

zoals dat jongetje op zijn step, 

dood in het park.

 

En hij kijkt mij aan, 

door de camera,

het jongetje in het rode T-shirt

met zijn ogen vol tranen,

bij het lijk van zijn moeder,

in een witte doek gewikkeld,

rood doorbloed slachtoffer 

zo-en-zoveel van de Immer Bloeddorstige 

Jahweh en haar jongetje 

wringt zijn handen in wanhoop

in Gaza.

 

En hij keek mij aan

en toen zat hij vast

in mijn hoofd

en hij


kijkt mij aan

als ik de ogen sluit, hij

kijkt mij aan als ik 

ze open doe, hij kijkt

mij aan - ik krijg ze 

niet meer toe, mijn ogen, 

want hij kijkt 

mij aan


mij  

in mijn hoofd 

in Gaza.

 

Youtube Short 

Podcast Luisterboeken