23.10.25

Gratis Maeterlinck luisterboek en ebook bij Vijftien Gezangen van Anna van Ro

 



De Quinze Chansons van Nobelprijswinnaar Literatuur 1911 Maurice Maeterlinck werden door Anna van Ro vertaald en bewerkt. Zij heeft zich het diepste wezen van de chansons eigen gemaakt. Haar Vijftien Gezangen klinken misschien wat plechtstatiger dan het Frans van Maeterlinck, toch heeft zij tot in de perfectie de toon en de sfeer, de muziek en de ritmiek van zijn verzen gevat en ze in haar eigen stem laten weerklinken. Hetzelfde kan gezegd worden van de illustraties die kunstenaar Antoon Torrekens maakte bij de gedichten: ze zijn mystiek en mythisch, rijk aan symboliek, en vormen een indrukwekkende picturale verbeelding van het universum van Maeterlinck.

Ik schreef een uitgebreid essay bij Vijftien Gezangen, waarin ik betoog dat de Games of Thrones van Maeterlinck alles te maken hebben met de sagen en legenden van Mysterieus België. In dit Nimmerland van onze middeleeuwse Lage Landen kun je makkelijk de sporen terugvinden van ballades als het Lied van Heer Halewijn of de Twee Koningskinderen, en van verhalen als die rond de fee Melusine of de ontstaansgeschiedenis van Orval. Verderop in deze post vind je alvast een uittreksel uit mijn essay, waarin Melusine is neergestreken in Gent.


VOORVERKOOP / BOEKVOORSTELLING 

Kom deze Vijftien Gezangen beleven tijdens de boekvoorstelling op zaterdag 29 november 2025 om 15 uur in bluescafé The Mojo, Rozemarijnstraat 7, 9300 Aalst.  Op het programma: interview met de auteurs, voorstelling gevolgd door een drankje en mogelijkheid tot signeren.  Van harte welkom, toegang gratis, reservatie verplicht door mailtje naar annavanro.writer@gmail.com 

Het boek, een luxueuze hardcover editie in kleur, kost in voorverkoop tot en met 15 november 25 euro, als je het ophaalt tijdens de boekvoorstelling of in afspraak met de auteur. Het kan ook opgestuurd worden met de post en thuis geleverd aan 32 euro. In de handel zal het boek 29,50 euro kosten.   

Stuur een mailtje naar annavanro.writer@gmail.com met je naam en adres, en schrijf tegelijk het bedrag van 25 euro (ophalen) of 32 euro (thuis ontvangen) over op het rekeningnummer van vzw de Scriptomanen, met vermelding "Vijftien Gezangen": 

IBAN BE43 0016 9362 0101 – BIC: GEBABEBB  

PROMO: 

Wie voor 15 november heeft ingetekend op het boek, ontvangt gratis:

Pelléas en Mélisande, een luisterboek

Pelléas en Mélisande, het ebook

 



Resonanties



 

Hoe die Zeemeermin in 's hemelsnaam bovenop het Toreken van het Huidevettershuis is terechtgekomen, gelegen aan de Vrijdagmarkt in Gent, waar nu het Poëziecentrum gevestigd is? Een lang verhaal, dat start in Schotland, in de tiende eeuw... Uit het huwelijk van koning Elinas en de fee Pressine werden drie meisjes geboren: Melias, Palatine en Melusine. Toen het koninklijke paar ruzie kreeg, trokken de jonge feeën partij voor hun moeder en lieten ze hun vader gevangen zetten. Waarop de vader zijn dochters vervloekte: iedere zaterdagavond zou het onderste deel van hun lichaam veranderen in een slangenstaart, wat ze de facto omtoverde tot zeemeerminnen. Werden ze bovendien in die toestand van metamorfose betrapt, dan zouden ze ook hun toverkracht verliezen. 

De meisjes besloten zich op het Europese vasteland te vestigen, waar hun lot door niemand gekend was. Melusine trok naar de Ardennen. ‘Op een mooie namiddag in het jaar 963, terwijl ze zich spiegelde in het heldere water van de Alzette,’ lezen we in Ongewoon en Mysterieus België, een uitgave van Reader’s Digest (1987)‘verscheen Siegfried, de prins van die onherbergzame contreien, wiens kleine kasteel zich op de nabije heuvels bevond. Voor de twee jonge mensen was het liefde op het eerste gezicht en hetzelfde jaar nog werden ze in de echt verbonden. Van een arme edelman werd Siegfried algauw een machtige heer, dank zij de magische praktijken van Melusine, die zich elke zaterdagavond weer heel geheimzinnig in haar vertrekken opsloot.'

Zo verliepen twintig jaar van echtelijk geluk, tot Siegfried verteerd raakte door jaloezie: waarom mocht hij nooit haar kamer betreden op zaterdagavond? Melusine, die haar echtgenoot door en door vertrouwde, was onvoorzichtig geworden en liet de deur van haar kamer al eens open staan. Nietsvermoedend, in haar ware gedaante van zeemeermin, nam ze een bad... Siegfried was nauwelijks van zijn verbijstering bekomen, toen de vloek reeds werkelijkheid werd: een vreselijke aardschok deed het kasteel instorten. Siegfried vond de dood in de puinen van zijn kasteel en Melusine, veranderd in een gevleugelde draak, ging weer in de wereld van de verbeelding wonen...

De namen Melias, Palatine, Melusine doen sterk denken aan Pelléas en Mélisande. Het instortende kasteel herinnert niet alleen aan het Huis Usher van Edgar Allan Poe, maar ook aan het lot dat Allemonde te wachten staat – dat eveneens te kampen heeft met een vloek. De legende van de mysterieuze fee met de slangenstaart sprak heel erg tot de verbeelding van de graven van Boulogne, Rethel, Luxemburg, Toulouse, Lusignan en Anjou. Op zoek naar illustere voorvaderen, beweerden ze dat Melusine een van de eersten van hun geslacht was geweest. Adellijke families probeerden haar beeltenis op te eisen, door het via gemanipuleerde stambomen aan hun afstamming toe te voegen. Het nobele bloed van Melusine zou volgens de overlevering, en via Godfried van Bouillon, ook door de aderen stromen van de christelijke koningen van Jeruzalem. En zo raakte Melusine – via zijn tante Mathilde van Toscane – zelfs betrokken bij de stichting van de abdij van Orval en de magische Mathildebron. Melusine zou volgens Reader’s Digest tevens bekend staan als Luscente, en aan de oorsprong liggen van de naam Luxemburg, dat dan zoveel betekent als 'de burcht van Luscente'. Maar van deze boude bewering heb ik nergens bevestiging gevonden. In Koerich, gelegen tussen Luxemburg en Aarlen, net over de Belgische grens, kun je wel nog altijd de ruïnes van het kasteel van Siegfried bezoeken. 

Een mens zou zich zowaar gaan afvragen of de legende van de zeemeermin op het Gentse Toreken mede geïnspireerd werd door het vroege theater van Gentenaar Maurice Maeterlinck – La Princesse Maleine en Pelléas en Melisande  bevatten gelijkaardige motieven – of vice versa. Het thema ‘jaloezie’ speelt zowel in de toneelstukken als in de legende een belangrijke rol, en ook in de Vijftien Gezangen valt al eens een driehoeksverhouding te detecteren. Maar nee, de zeemeermin kwam niet op het Toreken te staan door het werk van Maeterlinck (zie verder), al kan het niet anders of Maeterlinck moet haar verhaal gekend hebben. Het gebouw werd al in 1483 afgewerkt met een uitkijktoren en een windwijzer in de vorm van een meermin die Melusine heette, en het gebouw werd in Gent ‘de Meerminne’ genoemd.

Het is fascinerend om in dit verband – zij het als louter Spielerei – even stil te staan bij het verschijnsel van de ‘resonantie’. Runen werken – net zoals de kaarten van de tarot – met ‘resonerende’ of ‘gelijkaardige’ betekenissen die elkaar aantrekken en voor ‘betekenisvolle coïncidenties’ zorgen, of de ‘synchroniciteit’ die we kennen uit de psychologie van Carl Gustav Jung. Er zijn onder meer numerologische en astrologische correspondenties mogelijk. Maar de resonantie speelt eveneens een rol op het niveau van de klank, en dan meer bepaald door stafrijm (alliteratie). Het zal je misschien opgevallen zijn dat niet alleen de naam Maurice Maeterlinck een stafrijm is, maar dat de M ook terugkeert bij zijn dramatis personae Maleine en Mélisande – en uiteraard bij hun 'oermoeder', Melusine. Deze observatie sluit naadloos aan bij de symboliek van de runen waar de letter M (Mannaz) op esoterisch niveau staat voor 'sjamaan', 'transcendent bewustzijn' en 'rasgeheugen', dat we kunnen vertalen als het collectief onbewuste van Jung.  

De astrologische correspondentie van de Mannaz (ook Manna of Mann genoemd) is de Waterman, de goddelijke én tegelijk dierlijke correspondentie (dat paradoxale vind ik zo fijn aan die runen) is de Mens. De plant die met de Mannaz wordt geassocieerd, is de alruin en het element zijn in dit geval de elementen Water & Vuur. Dat Mannaz de tegengestelden in zich verenigt (het goddelijke en het dierlijke, Water & Vuur) is – alweer – geen toeval: de alchemisten zoeken eveneens een vereniging van het Hoge en het Lage ('boven is beneden'), het Kleine en het Grote (het heelal weerspiegelt zich in een zandkorrel), Yin & Yang, het mannelijke en het vrouwelijke... om uiteindelijk – in de Steen der Wijzen – het volmaakte evenwicht, de opperste harmonie, het Hemelse Jeruzalem te vinden. Deze principes keren ook terug in het concept van het Mystiek Huwelijk.

Pelléas heeft dan weer de P van Parsifal, en de P-rune Perthro staat niet voor niets voor het Mysterie, onvoorstelbare gebeurtenissen en seksuele ontmoetingen, een inwijdingsritueel, het Lot (Karma) en irrationele angsten. Door zijn vorm wordt Perthro niet alleen geassocieerd met de vagina, maar ook met een recipiënt, een beker, een schotel... de Graal, kortom. Waardoor we naadloos belanden bij le Sang Réal, het Heilig of Koninklijk Bloed van de Bloedlijn van Christus, Jeruzalem, de kruisvaarders, Godfried van Bouillon… en de Vlaamse stad Brugge of het Luxemburgse Orval. Maar dat is weer een ander verhaal.

De Siegfried waarvan sprake, is overigens ook deze die we kennen uit Die Ring des Nibelungen van Richard Wagner; er zijn wel meer resonanties tussen het toneelwerk van Maeterlinck en het libretto van Wagner. De Sowilo of Sig-rune, ook bekend als het Zonnewiel, werd in de nazitijd verdubbeld en in die vorm door de SS geadopteerd; de inscriptie in de SS-dolk zou dan gefungeerd hebben als een beschermend amulet.

Maar hoe kwam Melusine nu op het Toreken te staan? Wel, verdoemd tot een eeuwig bestaan als geest, bleef ze nog steeds erg begaan met het lot van haar nakomelingen, die ze telkens waarschuwde voor naderend onheil. Dat was de burgers van Poitiers niet ontgaan, en zo groeide Melusine op tot mascotte van de stad. ‘Toen de kruisvaarders jaren later het Heilig Land gingen bevrijden,’ lees ik op Gent Blogt, ‘hadden die van Poitiers een vaandel met daarop een gouden Melusine-beeldje.' Dit werd veroverd door de Arabieren, maar heroverd door Vlaamse kruisridders. Zij brachten het mee naar Biervliet, en toen eeuwen later de Gentenaars onder leiding van Jacob van Artevelde aan de poorten de stad stonden, waren de huidevetters de eersten die over de stadsmuren geraakten. ‘Van Artevelde beloonde hen voor hun moed met het beeld van Melusine. Terug in Gent plaatsen ze het beeld als windwijzer op hun gildenhuis, en daar staat het nog altijd.’

 


Geen opmerkingen:

Podcast Luisterboeken