Het
Duivelseiland ligt voor de kust van Frans-Guyana, het overzeese departement van
Frankrijk, in het noordelijke deel van Zuid-Amerika. Van 1852 tot 1938 hadden de Fransen daar een strafkolonie, een bagno. Er zaten vooral politieke
gevangenen vast, of lui die als staatsgevaarlijk werden beschouwd, zoals
spionnen en terroristen. De bekendste bagnard was de ten onrechte voor
spionage veroordeelde kapitein Alfred Dreyfus, die er van 1895 tot 1899
verbleef. Maar wellicht kennen de meesten onder ons het Duivelseiland van het
levensverhaal van de Franse avonturier Henri Charrière, Papillon. Het
boek verscheen in 1969, groeide uit tot een bestseller en werd in 1973 verfilmd,
met Dustin Hofmann en Steve McQueen. In 2017 kwam er zelfs een remake van, in
een regie van Michael Noer. Hoewel Charrière zijn verhaal voorstelde als een
autobiografie, werden er ook belevenissen van anderen in verwerkt… zoals die
van de gebroeders Degrave, uit Oostende. Eind negentiende eeuw waren zij
wereldberoemd, Jules Verne liet zich in 1902 door hen inspireren voor zijn
roman Les frères Kip en Cesar Van Cauwenberghe in 1907 voor een
toneelstuk dat meer dan duizend keer zou worden opgevoerd.
In 1892 schreeuwden de krantenjongens het uit: ‘Gruwelijk drama! Piraterij in de Stille Zuidzee! Zesvoudige moord!’ Aan boord van de schoener Niuroahiti zou plots muiterij uitgebroken zijn, en hadden zeven bemanningsleden de dood gevonden. Scheepskok Mirey beschuldigde de broers Alexandre en Joseph Rorique, die papieren bezaten op naam van de Britse broers Rorick… maar uiteindelijk Léonce en Eugène Degrave bleken te zijn, telgen uit een rijke Oostendse familie.
Op 13 maart 1894 werden beide broers in het Franse Brest, na een kort maar heftig leven vol avontuur, ter dood veroordeeld. Hun straf werd omgezet in een levenslange verbanning naar Frans-Guyana. Léonce stierf in de strafkolonie, Eugène kreeg gratie, keerde terug naar Europa en schreef zijn memoires - in zeven nachten, beweerde hij. Le Bagne verscheen in 1901, ook in het Nederlands als Het proces en de gevangenschap van de gebroeders Degrave (Rorique). Het boek werd zowel in het Frans als het Nederlands een enorm succes: naast een romantisch avonturenverhaal leest het ook als een aanklacht tegen de gerechtelijke dwaling waarvan de broers het slachtoffer werden, en de levensomstandigheden in de strafkolonie.
In 2013 maakten de acteurs Kurt Defrancq en Jonas Van Thielen een toneelstuk, waarin gesuggereerd werd dat de toenmalige premier van België, Auguste Beernaert, samen met de koning druk uitoefende op de Franse regering om de broers niet ter dood te veroordelen en later zelfs gratie te verlenen. ‘Die politieke inmenging doet heel wat vragen rijzen,’ zegt Defrancq. 'Waren zij misschien koloniale verkenners? Zat er meer achter? Welke complotten zijn er gesmeed?’
Waarbij de vraag rijst of niet alleen hun vrijlating, maar ook hun arrestatie en veroordeling moeten gezien worden in het licht van een ‘koloniale verkenning’ die de Fransen niet zo welgevallig was. Het is een vraag waarop min of meer recente boeken over de gebroeders Degrave – zoals Verbannen naar het Duivelseiland van Roger Slosse uit 1989, en De affaire Degrave-Rorique van Jan Vandamme uit 1992 – evenmin een antwoord bieden.
Brieven van de gebroeders Degrave |
Het eerste seizoen van Duivelseiland
kreeg de titel Naar
het Duivelseiland mee. Hierin vertelt Eugène Degrave over de liefde die hij en zijn broer koesterden voor de zee, over de muiterij op de Niuroahiti, het gekonkel van scheepskok Mirey,
de arrestatie op een klein Zuidzee eiland en het proces in Franse Brest… dat hen
uiteindelijk naar het Duivelseiland zal voeren. In het tweede seizoen, Op het Duivelseiland, komt
het verblijf van de broers in de strafkolonie aan bod. Zoals gewoonlijk
verzorgde Antoine Derksen de weer bijzonder filmische audio montage.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten